|
|
|
De tak Johan Franco van de IJsselsteinse familie
Jacoba Cornelia Beijen en haar kinderen |
Jacoba Cornelia Beijen (11.10) was de jongste dochter van de Barneveldse arts Johan Franco (IV) Beijen (10.2), die genoemd wordt op de pagina Johan Franco IV, arts in Barneveld. Zij werd geboren in 1844. Haar roepnaam was Cor, en dat heeft er waarschijnlijk toe bijgedragen dat ze in veel officiële stukken ten onrechte werd aangeduid als Cornelia Jacoba. Zelf ondertekende zij stukken als C.J. Beijen.
Vermoedelijk heeft Cor, die als erg ondernemend en zelfstandig bekend stond, al op vrij jonge leeftijd het ouderlijk huis in Barneveld verlaten om wat meer van de wereld te zien. Het schijnt dat zij als gouvernante les gaf aan kinderen van welgestelde families in het buitenland. Van 1872 tot 1876 woonde ze volgens het bevolkingsregister van IJsselstein bij haar oudere zuster Paulina Theodora, de weduwe van Gerard Jan Croockewit.
Twee kinderenToen ze 31 jaar was, werd Cor zwanger. Officieel is niet bekend wie de vader was, maar er zijn sterke aanwijzingen in de richting van jonkheer Pieter Hendrik van de Wall Repelaer. Hij was geboren in 1854 in Dordrecht en was dus tien jaar jonger dan Cor. Kennelijk zat een huwelijk er niet in en wilde de familie niet al te veel ruchtbaarheid geven aan deze situatie. Daarom werd voor de bevalling, op 20 april 1876, gekozen voor een omgeving waar niemand Cor kende: het huis van een bereidwillige arbeider in het Betuwse dorpje Rijswijk in de gemeente Maurik. Dat was waarschijnlijk geregeld door Cornelis Pieter Silvius, de man van Cors oudste zus. Hij was huisarts in Zoelmond, dicht bij Rijswijk, en hielp bij de geboorte. De volgende dag gaf hij het kind, Pieter Hendrik (12.7), aan op het gemeentehuis van Maurik.Volgens het bevolkingsregister van Den Haag woonde Cor vanaf mei 1876 enige tijd bij de familie Repelaer aan het Lange Voorhout. Een vermelding van de kleine Pieter is niet te vinden. Vijf jaar later, op 25 november 1881, kreeg Cor opnieuw een kind, nu een meisje. De bevalling vond deze keer plaats in het Zwitserse La Tour-de-Peilz aan het meer van Genève. Het meisje kreeg de voornamen Katharine Adelaïde Lindsay (12.8). Volgens de familie-overlevering was haar vader een Schot uit de clan Lindsay. Cor had hem ontmoet toen zij les gaf aan de kinderen van een Schotse familie. Een of twee dagen voordat het huwelijk tussen Lindsay en Cor zou worden gesloten, maakte hij een dodelijke val van zijn paard. Aan hem had het meisje haar derde voornaam te danken. Cor bleef daarna met haar beide kinderen in de buurt van het meer van Genève wonen, onder andere in Bex en in Lausanne. In die laatste stad woonde ze van 1894 tot 1902. Vanaf 1897 had zij daar een pension, Villa Odette. Pieter en MercienneVolgens het bevolkingsregister van Lausanne was Pieter bankemployé. Waarschijnlijk ging hij in 1902 met zijn moeder en zijn zusje naar Nederland. In juli 1902 vertrok hij vanuit Nederland naar Nederlands-Indië. Hij gaf daar privé-lessen Frans. Het is niet bekend hoe lang hij in Indië is gebleven.In 1912 trouwde Pieter (die zich inmiddels Peter Henry Beyen noemde) in Toronto in Canada met Mercienne Elise van der Duijn. Zij was in 1878 geboren in Thonon aan de Franse kant van het meer van Genève. Het wonderlijke verhaal over de geboorte van Mercienne is te lezen op de volgende pagina. Waarschijnlijk hadden Peter en Mercienne elkaar in Lausanne of omgeving leren kennen. Zij verhuisden in 1921 van Canada naar Denver in de VS. Ze kregen vijf kinderen, van wie er drie op jonge leeftijd overleden, en hadden ook een geadopteerde zoon. Nakomelingen van hen wonen in de omgeving van Denver.
Terug naar NederlandCor en haar dochter, die de roepnaam Adé had, vertrokken in 1902 vanuit Lausanne naar Utrecht. Cor ging in de periode 1903-1904 nog een jaar terug naar Zwitserland (Montreux); daarna bleef zij in Nederland.Adé trouwde in 1904 in Utrecht met Diederik Theodorus Keck, een net afgestudeerde predikant. Hij had eerst Frans gestudeerd, en Adé had al in Zwitserland kennis met hem gemaakt toen hij daar als student een tijdje verbleef. De foto's hiernaast zijn afkomstig van hun achterkleinzoon Leslie Leijenhorst.
Cor Beijen bleef bij haar dochter en schoonzoon wonen in de verschillende plaatsen waar Keck predikant was. Het moet een bijzondere combinatie zijn geweest: de schoonmoeder was heel liberaal en modern, de schoonzoon streng gelovig en orthodox.
|
De volgende pagina De voorpagina |
Het inhoudsoverzicht De bovenkant van de pagina |
Zoeken op deze website Contact |